Je vetpercentage als graadmeter
Aan het vetpercentage in je lichaam kun je makkelijk te zien of je te zwaar bent of wanneer je aan moet komen. Dit percentage is eenvoudig te berekenen en gaat uit van je gewicht en je lengte. Door dan een berekening te maken kom je achter je BMI. Dit staat voor Body Mass Index. Een gezond gewicht is een BMI minder dan 25. Heb je overgewicht dan heb je een BMI tussen de 25 en de 29.9. We spreken van obesitas bij een BMI van 30 of hoger.
Langer leven met een gezonde BMI
Een uitgebreide analyse in de New England Journal of Medicine toonde aan dat een te laag BMI of een te hoog BMI kan resulteren in een vroegtijdig overlijden. (1) De mensen die een BMI tussen de 22.5 en de 24.9 hebben die leefden het langst. Dit onderzoek wordt door de experts zeer serieus genomen aangezien er aan dit onderzoek geen mensen deelnamen die rookten en ook geen mensen die een ernstige ziekte hebben zoals kanker of hartproblemen. Aan dit onderzoek namen ook geen personen boven de leeftijd van 85 jaar deel.
Hoe kun jij je verpercentage meten?
Uit bovenstaande blijkt dus dat het erg belangrijk is om een gezonde BMI te hebben. Nu wil jij dan vast ook weten hoe je dit dan kunt gaan berekenen. De formule die je dient te gebruiken is het gewicht in kilogram delen door (lengte in meters maal de lengte in meters). We geven je hiervan een voorbeeld. Stel je bent 1.72 meter lang en je weegt 76 kilogram. Je gaat dan de volgende formule maken:
76 / (1.72 x 1.72) = 25.69
In ons voorbeeld is deze persoon dus net iets te zwaar. Wanneer je zelf de BMI wilt gaan meten dan zijn er een aantal punten waar je rekening mee dient te gaan houden:
-
Zorg dat het meetlint goed aansluit en druk geen huid samen.
-
Meet altijd de lengte op blote voeten
-
De omtrek van je lichaam kun je het beste meten in de ochtend. Dit doe je dan net nadat je na het toilet bent geweest en voordat je iets hebt gegeten.
-
De mannen meten de omtrek van het lichaam ter hoogte van de navel. Dit wordt horizontaal rond de taille gedaan nadat er normaal uitgeademd is.
-
De vrouwen die meten de omtrek rond het smalste punt van de taille. Ook dit wordt na een normale uitademing gedaan.
Sporters met veel spieren die kunnen ook een hoog BMI hebben maar dit hoeft geen probleem te zijn. Dit komt omdat de omtrek van de taille dan gevormd wordt door spieren en niet door vet.
Het vet is niet altijd evenredig verdeeld
Vet in het lichaam wordt niet evenredig verdeeld. De BMI is dan wel erg belangrijk maar het is ook erg belangrijk om op het vet te letten wat niet rond de heupen en de dijen zit. Het vet wat niet op deze plekken zit dat kan schadelijk voor de gezondheid zijn en kan zorgen voor een vroeger overlijden.
Taille
Is de omtrek van de taille bij mannen breder dan 101.6 centimeter en bij vrouwen breder dan 88.9 centimeter dan kan dit er ook voor zorgen dat de kans groter is op het krijgen van een ernstige ziekte (6).
Het kan voorkomen dat je gewicht niet toeneemt maar dat de omtrek van de taille wel breder wordt. Ook dit kan een teken zijn dat je BMI omhoog gaat. Heb je het gevoel dat je taille breder wordt doordat bijvoorbeeld broeken je niet meer passen dan is het raadzaam regelmatig je BMI te blijven meten.
Er zijn groeperingen die beweren dat de ratio taille tot de heupen een betere indicator voor risico’s is dan wanneer je alleen de taille meet. Toch is er in vele onderzoeken aangetoond dat dit niet het geval is (7).
Ook wanneer je alleen de omtrek van de taille meet kom je snel te weten wat je BMI is en of je te zwaar bent. De moraal is dan ook dat je niet alleen op je gewicht moet letten om te zien of je te zwaar bent. Ook de omtrek van je taille kan je daar veel informatie over verschaffen.
Het gevaar van een te brede taille bij vrouwen
Er is een studie geweest van de Nurses’ Health, deze hebben 44.000 duizend vrouwen van middelbare leeftijd gevolgd. (2) Bij de start van de studie waren alle vrouwen gezond en hadden deze een goede omtrek van de taille en van de heupen. Na zestien jaar is de kans bij vrouwen waarbij de omtrek van de taille breder was dan 88.9 centimeter op het krijgen van een hartziekte bijna verdubbeld.
De vrouwen in die groep met de breedste omtrek van de taille hadden een vergelijkbare kans om te overlijden aan kanker of een andere ernstige ziekte. Het risico nam toe bij iedere centimeter die erbij kwam aan de taille. Ook het onderzoek van de Shanghai Woman’s Health kwam tot dezelfde constateringen.(3)
Beschikbaarheid voedsel en verandering leefstijl verhogen BMI
In Nederland is het energierijke voedsel makkelijk te verkrijgen. Er komen dan ook veel mensen in de verleiding om slecht te gaan eten. Een te hoog vetpercentage krijg je als je meer energie binnenkrijgt dan het lichaam verbrandt. Het slechte eten is dus makkelijk te verkrijgen maar er kunnen ook andere redenen zijn dat het vetpercentage groeit.
Een verandering van levensstijl heeft hier ook vaak mee te maken. Dit kan dan zijn wanneer iemand gaat samenwonen. Het gewone leefpatroon vervalt dan en dit kan zorgen voor een slechtere levensstijl. Het is immers zeer verleidelijk om met je partner lekker te gaan eten of ’s avonds een glaasje wijn te gaan drinken. Dit zijn allemaal oorzaken van een te hoog vetpercentage. Het bijhouden van je BMI is dan ook erg belangrijk.
Het aantal Nederlanders met een te hoog vetpercentage groeit
Het voedingscentrum heeft onderzoek gedaan en daaruit is gebleken dat sinds 1981 het aantal Nederlanders wat met overgewicht en obesitas te maken heeft ernstig gegroeid is.(4)
In het jaar 2014 had 50.9 procent van de mannen die twintig jaar en ouder waren overgewicht. Van deze groep heeft 14.2 procent ernstig overgewicht. Het aantal mannen dat overgewicht heeft is groter dan vrouwen. Toch neemt ook bij de vrouwen het aantal personen met overgewicht en obesitas toe. Uit het onderzoek is ook gebleken dat mensen met een lagere opleiding vaker last hebben van een te hoog vetpercentage.
Kinderen en BMI
Bij de kinderen zien we dat er 9.5 procent overgewicht heeft en 3.7 procent met ernstig overgewicht te kampen heeft. Dit is dan bij de leeftijden tussen de vier en twintig jaar. Ook bij kinderen is het van groot belang dat de BMI gemeten wordt.
Afhankelijk van de leeftijd van het kind kan het wel zijn dat er andere waarden gelden bij de meting. Wanneer je de BMI bij een kind meet is het dan ook goed om met deze waarden rekening te gaan houden. Uiteraard kun je ook altijd een huisarts of diëtiste raadplegen wanneer je ziet dat het vetpercentage bij een kind blijft stijgen.
Ga naast gezonder eten ook bewegen
De oplossing voor een betere BMI is simpel en dat is gezonder en minder eten maar ook voldoende bewegen. Het is de combinatie die ervoor zal zorgen dat je het snelste af gaat vallen en dat de kans op een ernstige aandoening dan ook af gaat nemen. Bij diverse sportscholen zijn er speciale programma’s voor mensen met een hoge BMI. Er wordt dan voor gezorgd dat je met een goede opbouw niet alleen gaat afvallen maar dat je ook een steeds betere conditie gaat krijgen. Het kan ook aan te raden zijn om bij de sportschool dan te kiezen voor een persoonlijke begeleiding. Op deze manier weet je dat je dan op de juiste manier aan het bewegen bent.
Raadpleeg de huisarts bij hoge BMI
Heb je een BMI hoger dan 30 dan kan het verstandig zijn om langs de huisarts te gaan. Vooral als je al last hebt van gezondheidsklachten. Het is dan raadzaam om te laten onderzoeken of deze het gevolg zijn van de obesitas.
Ook kan de arts je dan helpen de eerste stappen te zetten naar een gezondere levensstijl en je doorverwijzen naar een diëtist. Het kan best lastig zijn om hiermee te starten maar je zal merken dat als je eenmaal aan het afvallen bent dat dit een goede motivatie is. Ook zal je aan je conditie en aan je gezondheid merken dat je goed bezig bent.
Een hoge BMI kan voor veel klachten zorgen
Uit het bovenstaande kun je concluderen dat een te hoge BMI voor veel klachten kan zorgen en dat het verstandig is daar meteen actie op te ondernemen. De kansen op een aandoening worden alleen maar groter des te hoger je BMI is.
Zet daarom ook de eerste stappen naar een goede gezondheid en ga aan je vetpercentage werken! Wil je graag begeleiding dan is dit ook mogelijk bij je huisarts of bij de sportschool. Er zijn mogelijkheden genoeg om de kans op aandoeningen te verminderen. Des te eerder je ermee start, des te eerder zal je het gewenste resultaat hebben bereikt.
Bronnen: